De lente begint …
Donderdag 15 februari 2024,
Dag beste lezers,
Midden februari, eindelijk is het even droog. In de tuin is er altijd werk, maar nu is het tijd om even te genieten.
Buiten kijk ik verwonderd naar alle bloemen die stilletjes uit de grond zijn gekropen. Sneeuwklokjes worden gewiegd in de wind.
Krokussen openen hun bloemen in de zon en beginnen tapijten te vormen.
Een paar dagen geleden waren het voornamelijk gele.
Vandaag zijn er al een heleboel paarse en grote witte aanwezig.
Dan hoor ik een belletje. Ik kijk op en zie Lucy, onze lieve kat.
Ze kom naar me toe en streelt mijn benen met haar zachte pels. Hmm, daar kan ik echt van genieten. Maar dan ruikt ze iets en loopt ze verder. Een beetje verder ploft ze neer met de oortjes gespitst en haar ogen wijd open. Ze hoort en ziet alles. De vogels die zingen, een hond die blaft en de buurvrouw die vrolijk praat. Dan weer gaat ze op zoek en kruipt ze onder de struiken.
Ik wandel verder tussen de bloemen. De lentecyclamen vormen gesloten tapijten
vol kleine bloemen in witte, licht- en donkerroze tinten.
Ik moet echt goed kijken waar ik mijn voeten zet. Overal komen er zaailingen boven.
Een beetje verderop bloeien de Helleborussen en ook deze zaaien zich lustig uit.
Rode bloemen kijken me lachend aan.
De Camellia bloeit. Hij doet het rustig aan. Sommige bloemknoppen komen aarzelend open, andere zijn nog helemaal groen. Zo zorgt hij voor zichzelf en de bijen. Aan zijn voeten bloeit een Helleborus met donkere bloemen.
Bijtjes vinden hem aantrekkelijk en verzamelen ijverig nectar. Er is een heleboel activiteit.
Een groepje witte krokussen wapperen in de wind.
En daar is Lucy weer. Ze snuffelt wat hier en wat daar. Wat ruikt ze toch allemaal ?
Een aantal wilde krokussen hebben zich uitgezaaid vanuit de grote moedergroep.
Het zijn net tieners die zich losmaken van het gezin en de wijde wereld in trekken. Eén, twee, drie, vier stappen verder … .
Laag tegen de grond vormt zich een wit tapijt van sneeuwklokjes en een Helleborus,
hogerop een muur van rode en frisgroene kleuren.
De rode Chaenomelis bloeit en loopt reeds uit. Natuurlijk weer veel te vroeg. Hij doet me denken aan mijn kindertijd. Hij stond vooraan in de tuin van bompa en meme. Heden, verleden en toekomst steeds verweven. Wat al lang voorbij is neem je toch mee diep in jezelf. Het maakt je tot de persoon die je nu bent.
Dan draai ik me om. Mijn ogen worden geprikkeld door allerlei pasteltinten.
Krokussen in paars, wit en geel bloeien om ter mooist. Een witte krokus is helemaal opgevuld met een hommelkoningin.
Ze slurpt gulzig zijn nectar op. Zo bereidt ze zich voor op een druk werkjaar.
Bijtjes vliegen laag bij de grond van bloem naar bloem.
Lucy zit bij het tuinhuis. ze heeft dorst en drinkt wat water uit een zinken emmer.
Regenwater is toch zoveel beter dan kraantjeswater, hé.
Daarna scherpt ze haar nagels aan de zitbalk.
Ze is gelukkig, dat zie je zo.
Vorige week ben ik begonnen met de parken op te ruimen. Met de haagschaar de vaste planten af doen, maar … dan kom ik weer wat tegen.
Oei, daar loopt een kabel …. Oeps te laat ! Maar gelukkig heb ik er maar één doorgesneden. De tweede is nog heel. Maar ondertussen hebben man- en zoonlief de draad alweer vakkundig hersteld en is er weer licht in het tuinhuis.
Vogels zingen. Het is lente. In de verte kraait een haan. De Hammamelis aan het huis is al bijna uitgebloeid. De krokussen en de sneeuwklokjes daarentegen geven alles wat ze in zich hebben.
Zie ze genieten, zie ze stralen.
Dit is het moment waar ze zolang naar uitgekeken hebben.
Een beetje verderop piepen paarse krokussen nieuwsgierig naar boven.
Ze hebben geluk dat ze naast de potten met Hosta’s staan. Misschien zitten er nog anderen onder. Ik weet het niet.
Een fluitende fietser stuift voorbij. Aan de overkant hoor ik stemmen, onze buren genieten vast ook van het zonnetje. Het geluid van een smartphone. En ja, ik heb dit jaar ook de stap gezet naar ene. De tijd is rijp, ik moet vooruit. Maar het brengt toch veel onrust in mijn hoofd. Nu ligt ie echter binnen, als ze me nodig hebben zie ik dat later wel.
Groepen grote, gele krokussen vrolijken de voortuin op. een bijtje zoekt eten in de sneeuwklokjes. De haan zit weer op zijn stok.
Wat lag die op de grond te doen ?
De voederplank is leeg. De dubbele Helleborus bloeit.
Tapijtjes van krokussen en sneeuwklokjes pimpen de voortuin. Er zijn grote en kleine.
In border vooraan bloeien geurende, witte bloemen
en de Camellia staat vol met bloemknoppen. Daarnaast doen ook de Helleborussen het goed.
Ze zitten wel nog wat verstopt onder de slappe, verlepte bladeren van een varen. Hier is nog werk aan de winkel.
En daar is de zon. Het is vandaag al uitzonderlijk warm met een 15-16, ja zelfs 17°C op de thermometer. Dat is niet meer normaal ! Het is maar liefst 5°C te veel.
In het zonlicht gooien de krokussen zich nog meer open. “Welkom” roepen ze. Sommige lijken wel sterretjes.
“Zoem, zoem, zoem, hier moeten we zijn” zingen de bijen.
Dan wandel ik rond ons huis en kom zo weer in de achtertuin terecht. In het gras bloeien de madelieven. Dat doen ze tegenwoordig heel het jaar rond. En kijk daar onder de klimroos bloeit een oranje Primula.
Zalig al die mooie kleuren in de tuin.
In zoonlief zijn tuintje bloeien de sneeuwklokjes, Helleborussen
en krokussen zij aan zij.
We hebben hier al veel gesnoeid. Het was nodig. De takkenwal is terug aangevuld.
de dikste blokken houden we voor de kachel en de rest hebben we gehakseld.
En dat allemaal gezellig met zijn tweetjes. Maar we zijn er nog niet. Elk weekend doen we verder, beetje bij beetje. We komen er wel.
In dochterlief haar tuintje spelen de sneeuwklokjes de hoofdrol. Maar de gele bloemetjes aan de Cornus mas mogen er zeker ook zijn. Ik loop rond de moestuin. In de hoek staat de rode hazelaar te bloeien.
De gracht zit nog vol met water. Goed zo, daar ben ik blij mee. Een zoete geur lokt me verder naar achteren. Het zijn de bloemetjes van de struikkamperfoelie die heel wat bijen en hommels hebben aangetrokken.
Mezen zingen in de struiken.
En daar hoor ik weer de bel van Lucy. Ze heeft wat gezien.
“Laat me nu met rust” spreekt heel haar lichaam.
Kleine groepjes krokussen bloeien in het gras.
Het lijken er niet veel in zo een groot oppervlak.
Wilgenkatjes vormen pluizige bolletjes aan de bomen.
Verderop ligt ook nog een heleboel gesnoeid hout op de grond.
Onder de grote perelaar bloeien de eerste paaslelies.
De takkenwal is in ere hersteld.
Hier een daar bloeien Helleborussen. Vogels kwetteren. De wind streelt mijn benen. De bramen beginnen helaas ook weer te groeien. Ja, ja, de tuin is mooi groen. De lupine steken hun groene bladeren omhoog. Naast de pergola staat nog een enorme struikkamperfoelie vol met bijen en hommels. De eerste bloemen verschijnen aan de bleke Forsythia.
Daarnaast bloeien nog drie soorten Hammamelissen.
De ene geurt al wat meer dan de andere,
maar ze zijn allemaal apart.
Zoonlief zijn huisje is weer helemaal verrezen uit het groen.
De peterselievlier is gesnoeid.
En kijk, het is alweer 16u. Waar is de tijd weer naartoe ? Lucy komt miauwen “Het is tijd om naar binnen te gaan, ik heb honger”. Nieuwe wolken melden zich aan. Straks moet ik gaan koken. We eten vroeg vandaag. Manlief heeft een voordracht en ik ga met zoonlief padden overzetten. Het is dus best nog een druk programma voor ik later in de zetel kan neerploffen.
Maar goed, ik heb toch van de tuin genoten. Jullie ook, hoop ik.
Warme groeten
De Tuinvrouw