Zaterdag 28 maart 2020,
Dag beste lezer,
Het is alweer zaterdag, ik heb ondertussen een nieuwe routine opgebouwd. Opstaan, theetje maken, ik heb er verschillende in de kast staan. En vervolgens een lekker ontbijtje voor mezelf bereiden. Deze morgen was het rijstpap met cacao, appelsiensap en -schil, een beetje kokosolie, fijngehakte amandels en een snuifje kaneel. En als finishing touch meng ik er nog enkele frambozen door in mijn kommetje.
Mmm, dat zal weer smaken.
En het is zaterdag, wasdag, dus steek ik daarna een was in en ga ik daarna boven strijken. Kjell en Lucinde zitten nog in dromenland. Manlief heeft voor het raam het fototoestel geïnstalleerd. Straks gaat ie buiten een beetje hakselen.
Je kan hier alle dagen live wild kijken door de ramen in de woonkamer of de keuken. De eekhoorn is ook weer van de partij. Hij graaft hier en daar noten op die hij begraven heeft in de voortuin. Drie merels zitten in het gras. Dat zint hem niet. Hij zit er achteraan tot … Ze verschrikt afdruipen. Dan maar wat meer beschut tussen de struiken gaan zitten, denken de merels. Daarna huppelt de eekhoorn van hier naar daar in het gras om nog meer noten op te graven. Tot hij plots voor het raam staat met een volledige noot en dan achter de hoek verdwijnt. Wat een mooi spektakel.
Tegen de middag zet ik dan soep op tafel. Gisteren heb ik brandnetelsoep gemaakt met veel ajuin, aardappelen, brandnetels en zelfgetrokken kippenbouillon, als dat niet gezond is! Ook de rest van de couscous-kippensalade komt op tafel en wat vers gekookte eieren voor man- en dochterlief. Verder is er nog wat brood en charcuterie. Iedereen kiest wat ie eet, maar ik let er w犀利士
el op dat de restjes opgegeten worden.
Daarna even bellen naar mijn ouders, horen of alles daar ok is. Ik krijg sinds lang eens mijn mama aan de lijn, anders is het steevast mijn papa. Ze herstelt van een schouderoperatie, heeft nog best veel pijn en moet regelmatig oefeningen doen en naar de kine. Boodschappen brengt mijn broer af en toe. Hij zet ze voor deur, zwaait eens en gaat dan weg. Het zijn nogal een toestanden, maar iedereen is gezond en dat is het voornaamste.
Met een gerust hart trek ik met de kodak naar buiten. De nachtvorst liet eerst nog even op zich wachten, maar heeft dan toch genadeloos toegeslagen. De Magnolia aan de achterdeur heeft die goed gevoeld met als resultaat bruinverkleurde bloemen.
Toch zijn ze niet helemaal tot in hun hart bevroren, want deze week zaten er nog best veel bijen op. Vandaag is het echter te koud en is er te veel wind voor de bijen. De hommels trekken zich daar niet zoveel van aan en vliegen wel nog rond. Deze week konden we ook al een heleboel vlinders spotten : het citroentje ( mannetje geel, vrouwtje wit), een dagpauwoog, een gehakkelde aurelia en manlief zag zelf al boomblauwtjes vliegen.
De donkere Magnolia heeft iets minder afgezien, enkele bloemen zijn aan de randen bruin verkleurd en hij komt rustig verder open.
Overal staan de ribessen in verschillende tinten roze te bloeien.
Ook de hosta’s hebben een slag van de vorst gehad. Hier en daar vertonen ze een dunnere, bruin plek in hun bladeren.
Brr, wat een koude wind is het toch.
De gele keizerskroon staat open.
Ze zijn een slag kleiner dan de oranje variant, maar toch ook heel mooi. Manlief heeft deze week een filmpje van de oranje gemaakt.
Links staat de roze dovenetel te bloeien.
De Helleborussen vormen volop zaad.
De Primula’s onder de treurwilg bloeien en er ligt een lege notendop bij.
Ra, ra, wie heeft hem daar achtergelaten.
Een beetje verder, verstopt achter de witte bloembakken en half onder een struik staat een prachtige elfenbloem te bloeien.
De Camellia verderop draagt bruine bloemen en nieuwe roze bloemen.
Als ik naar boven kijk zie ik een lucht vol met wolkjes, het ene naast het andere.
In de wei langs de overkant van de straat staan de boerenpaarden rustig te grazen.
Aan het prieeltje liggen nog een aantal lege notendoppen vlak achter het voederbakje.
Ik kijk even door het raam, daar ligt manlief in de zetel een middagdutje te doen. Dat kan ook wel eens deugd doen.
De gele speenkruiden met donker blad staan mooi te bloeien in het gras. Het zijn bolletjes die na de bloei terug onder het gras verdwijnen.
De kleine, zwarte poes ligt in de zon te soezen. Van waar ze komt en van wie ze is, weten we niet. Niet van ons in ieder geval. Toch komt ze iedere dag langs en kijkt ze in de afvalemmer bij de achterdeur of er iets eetbaar in te vinden is.
Pech, het is enkel wat groentenafval voor de kippen. Vlees steek ik er echt niet in. Vang maar ratten en muizen, die kan je hier ook vinden.
Langs de zijkant staan paarse dovenetels te bloeien.
Een beetje verder een blauwe Primula en in de schaduwtuin de maartse viooltjes.
Oei, vlak voor het hok van de Sebrighthaan is een groot gat in de grond gegraven. Dat belooft niet veel goeds!
In Kjell zijn tuintje staat een oranje elfenbloem te bloeien.
Terwijl de wind van geen ophouden weet loop ik naar de vogelkooi. De klimhortensia ervoor loopt lichtgroen uit.
Een parkiet probeert een takje mee te trekken.
Wat is daar de bedoeling van? Na een tijdje heeft hij het op en laat hij het takje liggen.
Ik loop verder, een spirea loopt donker uit en steekt mooi af tegen de frisgroene kleur van de kamperfoelie.
Ik loop even de serre in om wat op te warmen. Hier is het precies zomer, al is dat maar een gedacht. Deze week zijn de blaadjes van de druivelaar helemaal ingevroren. Ze hangen verdord aan de takken, waar er al nieuwe frisgroen terug uitlopen. Eigenlijk zou ik hier al wat sla kunnen zaaien, maar er komt nog meer nachtvorst volgende week, dus heeft dat niet veel zin. Weet je trouwens dat het in een serre vlugger vriest dan buiten? Ik heb geen idee hoe dat komt.
Dan komt Kjell langsgelopen, hij loopt toertjes voor lichamelijke opvoeding. Ze mogen kiezen twee keer een half uur lopen of twee keer 45 minuten fietsen. Vorige week was het nog fietsen, maar door al die onduidelijkheid rond het virus hebben we het naar lopen veranderd. Lopen in de tuin en hij heeft geluk, onze tuin is groot genoeg. Hoe de leerkracht dat controleert? Tja, hij heeft zijn gsm in zijn achterzak en er staat een app open. Dat zou met mijn gsm alvast niet lukken, maar de jongeren hebben tegenwoordig allemaal een smartphone.
Ik kijk door het raam van de serre en zie de kleine paaslelies.
Er komen er nog steeds meer open. Achter de Buxus hebben er deze week beesten door gelopen. Daar heeft manlief een boeketje voor mij van gesneden en dat staat nu op onze tafel in de eetkamer.
Ze verspreiden een zoete geur als je je neus ertegen houdt.
De kleine nashipeer een beetje verder heeft niet zo erg afgezien van de vorst.
Zou er meer wind geweest zijn op het weiland? Enkele bloemblaadjes hebben bruine randen. Nu beginnen de bladeren ook al uit te lopen.
En dan hoor ik de bel, het is tijd voor een koekje en een drankje. Een uurtje later ga ik terug naar buiten. Manlief heeft net de hakselaar opgeruimd en gaat naar binnen. Een koude wind komt me tegemoet. Ik heb gelukkig mijn winterjas en muts aan, die kan ik nu wel gebruiken.
Deze week heb ik al goed mijn best gedaan in de rozentuin, maar ik ben nog niet klaar.
De paaslelies zijn ook hier langzaam, maar zeker open gekomen. Ze doen mij aan een spiegelei denken.
De vier eenden zitten voor de verandering eens samen, beschut achter de takkenwal. Dat gebeurt ook niet vaak!
Eerst eens in het kippenhok een kijkje nemen. We hebben er een aantal planken moeten uithalen. De hennen gingen er hun eieren op leggen en die rolden dan zo naar beneden( twee meter lager) met alle gevolgen van dien. Krak, breek, mmm lekker. Soms is er nog wel een dom kieken dat haar ei op een stok legt. Dus even controleren en ja, daar zit een zwarte hen op stok, eraf meisje, het is nog geen tijd om te gaan slapen. Vandaag lag er weer een gebroken ei aan de deur. De andere eieren leggen ze in een hoek in het hok of ergens buiten. Als we geluk hebben dicht bij het hok, we houden ze in ieder geval in de gaten. Nu liggen er vier eieren achter het hekje tegen het hok. De zwarte hen is er verdacht geïntresseerd in en pikt er wat rond. Ik haal de eieren snel weg en leg ze op een veilige plaats. De deur van het hok wappert in de wind, ze wordt tegengehouden door een blok hout.
Dan zegt zoonlief : “Heb je al gezien dat de twee meisjes naast de afsluiting liggen?” . Inderdaad, ik kniel in het gras en probeer er foto’s van te maken.
Als ik opsta loopt er één van hen naar de andere kant van de wei.
De andere gaat rechtop staan, maar blijft waar ze is.
Zoonlief blijft maar rondjes rennen. Ik loop wat verder. De Metaséquoia loopt lichtgroen uit.
Als ik rechts tussen het brembosje kijk zie ik de paaslelies staan.
Hier en daar nijp ik de uitgebloeide eruit. En kijk daar is manlief terug. Hij verzamelt wat gesnoeide takken en legt ze op de takkenwal, die altijd maar breder wordt. We moeten er iets mee doen, nu de containerparken gesloten zijn.
Ons lupineveld ligt er wat triestig bij. Het heeft duidelijk toch een klop van de vorst gehad. Sommige planten liggen plat en slap, andere verkleuren zelfs bruin. Maar ze zullen zich wel herpakken.
Nu nog even van de zon genieten. Ik ga nog even op de schommel zitten en zoonlief maakt een foto van mij.
Hier aan de rand van het bos is het nog best goed.
Maar als we terug keren richting huis krijgen we van de wind de volle laag. We lopen langs de stekelbezen die in blad staan en er naast staan de twee honingbessen te bloeien.
De ene heeft wat grotere bloemen dan de andere, maar ze zijn beide heel mooi.
Verder komen we nog wat mooie paaslelies tegen.
En dan snel naar binnen, want het wordt te koud.
Fijne dag nog allemaal en tot de volgende keer,
Vele warme groeten
De Tuinvrouw