zaterdag 26 oktober 2019,

Dag beste lezers,

Er staat vandaag een stevige wind, maar de zon schijnt en de temperatuur valt best wel mee. Deze maand is er al wat regen gevallen, dus het gras is intussen weer groen geworden. Deze week heb ik alweer een deel ervan afgereden. Ik ben begonnen in het deel waar volgend jaar de krokussen weer gaan verschijnen. Spannend, ik kijk er nu al naar uit, benieuwd hoe het dan weer zal zijn. Maar eerst komt nog de winter, met hopelijk nog wat meer regen… .

De herfstkrokussen staan mooi te bloeien.

Het zijn best wel grote bloemen. Onder de beuk staan de herfstcyclamen te bloeien, ze hebben ondertussen ook al bladeren gevormd en vormen een mooi tapijt.

De was hangt aan de draad te wapperen in de wind, een vliegtuigje doorklieft de lucht. Een paar grote beukentakken liggen in het gras, de boom heeft het lastig. Maar als ik naar boven kijk, zie ik toch al een heleboel nieuwe bladknoppen voor volgend jaar. De bomen verkleuren en verliezen hun bladeren. De hosta’s kruipen terug in de grond.

Het is de tijd van de asters en de chrysanten en dan bedoel ik vooral de vaste soorten. Een grote pot is gevuld met een witte astersoort.

Ze staan mooi te bloeien. Hij wordt dan ook druk bezocht door allerlei insecten: bijen, vlinders, zweefvliegen, … .

In de border opzij staat een oranje chrysant te bloeien.

De dennen verliezen nog steeds bangelijk veel naalden. Een rododendron eronder is helemaal de kluts kwijt. Volgens hem is het lente, hij staat dan ook volop te bloeien.

Een bloembak gevuld met compost en aarde staat te wachten op zijn nieuwe bewoners. Een groepje wortelende inktzwammen heeft zich er reeds in gevestigd.

Wie komt er hier nog meer wonen?

Overal in het gras staan zwammen, grote en kleine. Het was wel even uitkijken toen ik het gras afreed. Onder de kastanjebomen lagen een heleboel bolsters en kastanjes. Die heb ik deze week netjes op hopen gelegd en die hebben we vandaag dan weggevoerd samen met het gras. Ook de oprit werd opgeruimd samen met man- en zoonlief. De tamme kastanjes heb ik apart verzameld, de wilde kan ik niet gebruiken, we willen hier volgend jaar geen honderd nieuwe wilde kastanjes, hé!

Ik loop nu verder richting voortuin, de eikels in het gras voel ik door mijn schoenzolen heen. Op de paarse aster zit alweer een vlinder. Een beetje verder naast het afgestorven hostablad groeit een paddenstoel met een rode hoed. En neen, het is geen vliegenzwam van deze keer. We denken dat het een oranjerode stropharia is.

Zoonlief is weer creatief bezig. Op de aanhangwagen liggen blauwe bloemen te drogen. Hij wil echter niet zeggen voor wat ze dienen!

Ik laat me dus straks verrassen. Spannend, toch ? Vorige week heeft ie al een eekhoornvoederhuisje ineen geknutseld in een paar uur. En dat heeft hij dus nu opgehangen in de tuin.

Zou de eekhoorn er naartoe komen ? Zolang de voorraad in de tuin ligt, misschien niet, maar daarna … We zien wel. Ik zie hem hier in ieder geval regelmatig passeren.

Amai, het is hier echt warm op een stoel in de voortuin. Het moment om vitamine d op te slaan! Dus doe die trui maar uit en geniet. De wind zorgt voor kippenvel, de zon voor heerlijke warmte. De buurman is zijn gazon aan het maaien. Heerlijk het geluid van de grasmachine, een echt vakantiegevoel. Meer hoeft dat voor mij niet te zijn. We hebben deze week allemaal een weekje vakantie genomen. Niet dat we grote plannen hebben. De tuin een beetje opruimen of toch winterklaar maken. Een wandeling in het bos en wat foto’s maken, een blog schrijven, een bezoekje aan het kerkhof en een verjaardagsfeestje.

Dochterlief is binnen lekker creatief bezig, ze is mooie dingen aan het maken. Ik bind mijn trui rond mij en zet mijn wandeling verder door de tuin.

Voor ik aan deze blog begon heb ik samen met manlief de paddenstoelen in de tuin bekeken. Manlief gewapend met een kussen en een paar boeken, ik met pen en papier en een fototoestel.

Er staan hier best nog veel soorten zwammen in de tuin. Ok, ze zien er niet allemaal zo fris uit, maar we hebben ze toch gezien.

Ondertussen liggen de boeken op de tuintafel en is manlief foto’s aan het maken, terwijl ik rondloop met mijn schriftje en een blog schrijf.

Plots roept manlief : “Kom eens naar hier.” Ik ga er naartoe en daar is ook zoonlief. “Aha”, denk ik, “Daar dienden die blauwe bloemen dus voor.” Hij heeft ze op zijn huisje gekleefd.

Hij is zijn huisje aan het pimpen! Mooi, hoor. Maar neen. Dan zegt manlief : “Loop eens naar de composthoop en ga er eens op staan”. Zo gezegd, zo gedaan. En daar staan ze, een hele groep nevelzwammen op de composthoop.

Het is net een kabouterdorp. Met een beetje fantasie hoor je ze al lachen. Maar ze laten zich niet zien! Maar helaas zit er in diezelfde composthoop ook een heel groot gat. Grr, daar zijn de ratten weer. En we kunnen ook sporen zien, langs waar ze  lopen. Dat wordt dus weer aanpakken. Maar ook dat komt in orde!

In Kjell zijn tuintje staan ook nog andere zwammen nl. de akkerchampignons. Ze hebben een duidelijk smalle ring en zijn zwart onderaan.

De parasolzwammen in Lucinde haar tuintje zijn ondertussen verdwenen.

De verkleuring van de Calycanthus zorgt voor een mooi effect in de doorgang.

De parkieten kwetteren er vrolijk op los, de valkparkieten zit gezellig met zijn tweeën op een stok. En neen, er is geen Blue, die me tegemoet komt. Hij is verdwenen sinds de dag dat Lucinde ziek in de zetel lag en ik de kippen ging verzorgen. Dat kwam wel even hard aan. Ik heb hem een aantal weken erg gemist,  maar nu begin ik eraan te wennen. Dat moet wel, hij komt niet meer terug. Na een aantal dagen zoeken hebben we een spoor van blauwe pluimen gevonden, dus is hij ook gepakt. Jammer, want het was mijn lieve vriend.

Op dit moment zitten de twee nieuwe eenden voor mij, te drinken uit een zinken bak. Ze zijn al heel wat tammer geworden. Je kan ze wel nog niet pakken, maar toch. Ze zijn zoals altijd nieuwsgierig en vooral niet dom!

Ik loop via het hekje de moestuin in. Hier staan donkerroze vaste chrysanten te bloeien. Ik dacht dit voorjaar nog dat ik ze zou kwijt zijn. De slakken zijn er dol op. Maar neen, hoor, integendeel, ze zijn veel gegroeid.

De vlinders zijn er in ieder geval er gelukkig mee. Er zitten maar liefst vier atalanta’s, een distelvlinder een dagpauwoog op.

Bij de pompoenen staan ook nog een heleboel zwammen en champignons.

Dan loop ik via een ander poortje het weiland in. De wind blaast stevig tegen mijn rug. De zijborder is mooi verkleurd,

een cotoneaster staat vol met oranje bessen. Hier zijn de vogels dol op.

Als manlief de weerhut opent zien we een heleboel lieveheersbeestjes (helaas het zijn Aziatische) in groepjes en een wespenkoningin zitten. Het is hier een mooi plekje om te overwinteren.

De toverhazelaars zijn ook al mooi verkleurd voor ze hun bladeren laten vallen en een beetje verderop staan oranjerode rozenbottels.

Deze week is ook Pluisje heengegaan. We hebben ze gevonden in het hok, dat beestje was ook al oud! Het was onze laatste zijdehoender. Mooie beestjes, maar niet gemakkelijk om te houden.

De andere kippen zitten nu samen rond het hok, onder de struiken of een beetje verderop.

De wind steekt plots weer op, de zon trekt weg achter de wolken. De tulpenboom zwaait met zijn geelverkleurde bladeren in de wind.

Het is bijna tijd om ze los te laten, maar nog even houdt ie ze vast. Het gras daarentegen ziet er weer stukken groener uit. Maar laat je hierdoor niet misleiden, want het is nog steeds veel te droog. Onder de grote perenboom lopen een aantal kippen rond te scharrelen. De asters liggen scheef, maar krijgen nog steeds veel bezoek. De Liquidambar heeft al veel bladeren verloren, maar is nog bloedrood.

Ik ga nog even zitten op de versleten tuinstoel, hier achteraan en kijk rond en luister…

De lucht is gevuld met het geluid van de wind, het geronk van een vliegtuig en het gescharrel van de kippen. Een koolwitje vliegt langs. Wacht even, hoe kan dat nu? Een koolwitje?

Een atalanta gaat op mijn been zitten. Dat kriebelt! De sukkelaar kan met veel moeite overeind blijven. Die wind, toch. Hij kruipt naar beneden en hup dan is ie weg. Ik voel het nog wat natintelen op mijn been.

Wolken schuiven binnen, de zon piept er nog af en toe tussendoor. Deze nacht gaat het regenen, veel hoop ik dan maar. Ik hou van de regen tegen het raam als ik ga slapen.

Dan zie ik het koolwitje weer. Het zit op de asters. Zoek maar een plaatsje om te schuilen, lieve vlinder. Volgende week wordt er grondvorst verwacht! Ik zal nog mijn pompoenen moeten afdoen voor ze vervriezen.

Ja, het is bijna november, mispak je er niet aan en deze nacht moeten we het uur verzetten.

Er is nog één ding dat ik met jullie wil delen en dat zijn mysterieuze gaatjes van ongeveer één centimeter in de grond en een heleboel aarde boven de grond.

We vragen ons af, welk beestje zoiets doen. Zijn het muizen of is het iets anders. We zijn er nog niet uit, misschien heeft er iemand van jullie een idee?

Zo dat was het dan.

Vele tuingroeten

DeTuinvrouw